Janny Bakker-Klein nieuw bestuurslid Mentorschap Noordwest en Midden

cross

‘Laten we de menselijkheid voorop stellen en niet de systemen’

Janny Bakker-Klein is sinds kort bestuurslid bij Mentorschap Noordwest en Midden. Ze koos hiervoor, omdat ze in haar werk graag verbinding met de praktijk wil houden. Ook vindt ze het belangrijk om de verbinding tussen het sociaal domein en de zorg te leggen. Janny is getrouwd en woont in Huizen. Zoon Jorn (24) woont op kamers, evenals pleegzoon Mark (21). Ook haar moeder van 87 woont nog zelfstandig. Janny: ‘Voor Mark, die een indicatie beschermd wonen heeft, zijn wij ook een soort mentor. Dus ik heb wel affiniteit met het mentorschap’.

Zorg en welzijn rode draad
Janny’s professionele achtergrond laat een divers beeld zien, met zorg en welzijn als rode draad. Ze start als verpleegkundige en operatieassistent. Na een studie Nederlands Recht werkt ze als klachtenfunctionaris in het ziekenhuis en daarna als beleidsmedewerker klachtrecht bij de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie. Er volgt een tweede universitaire studie (Recht, Bestuur en Management), waarna ze directeur wordt bij de Nierstichting. Daarna is ze twaalf jaar wethouder bij de Gemeente Huizen. Ook op het gebied van vrijwilligerswerk is Janny heel actief. Ze doet onder andere werk voor Amnesty International, Kerk en Vluchteling en de Rotary club. Het afgelopen jaar stak ze ook als verzorgende de handen uit de mouwen in verschillende verpleeghuizen met een personeelstekort, als gevolg van het coronavirus.

Baas over je eigen leven
Sinds 2018 is Janny voorzitter van de Raad van Bestuur van Movisie. Dit is het landelijk kennisinstituut voor een samenhangende aanpak van sociale vraagstukken. Een van de belangrijke thema’s binnen Movisie is cliëntondersteuning. Een onderwerp waar Janny ook al eerder vanuit de VNG trekker van was. Een thema met een duidelijke link met het mentorschap. Janny: ‘Dit gaat over het behouden van zelfregie en de baas kunnen zijn over je eigen leven. Dat is heel belangrijk. Ik vind cliëntondersteuning eigenlijk een vreselijk woord. Ik spreek liever van regie-ondersteuning. Je moet niet voor mensen gaan zorgen, maar mensen helpen om voor zichzelf te zorgen.’

Menselijkheid uit oog verloren
Tijdens haar wethouderschap schreef Janny een proefschrift over responsiviteit in het sociaal domein. Ze deed hiervoor onderzoek naar het vermogen van een professional om in te schatten wat voor een ander van betekenis is. Iets wat ook in het mentorschap essentieel is. Hoe doe je dat? En waarom is het zo moeilijk om dat te doen? ‘Professionals volgen vaak keurig de regels, maar onder aan de streep zijn mensen niet echt geholpen. We zijn zo afhankelijk geworden van ons systeemdenken, dat we de menselijkheid uit het oog verloren zijn. Het is ingewikkeld om dat weer terug te krijgen, maar niet onmogelijk. De mensen in de uitvoering willen dat vaak ook. Maar je hebt daarnaast de wil nodig van de beleidsmakers en bestuurders om dat te faciliteren.’
Begin maart 2021 verschijnt er een publieksversie van het proefschrift, te downloaden op www.movisie.nl

Dienend leider
Janny beschouwd zichzelf als een dienend leider. ‘Als bestuurder moet je zorgen dat de mensen in de uitvoering vanuit hun passie kunnen werken en niet teveel last hebben van al het gedoe erom heen. Binnen het thema mentorschap wil ik graag dat we ons goed bewust zijn en blijven van de maximale eigen regie van mensen. En dat we dat ook zichtbaar maken. Verder moeten we de mensen en de inhoud centraal stellen en niet het geld of de systemen. Waar ik me over verbaas, is dat cliënten die niet in een zorginstelling wonen, moeten betalen voor een mentor. Ik vind het voor deze doelgroep een hoop geld. Zo krijg je mensen die een mentor nodig hebben, maar daar niet voor kiezen omdat het teveel geld kost. Ik zou willen onderzoeken of er voor mensen die onder de Wmo vallen een andere financiering mogelijk is. Daarbij moet je kijken naar wat het oplevert voor de gemeente als je een mentor hebt.’

Groeien geen doel op zich
‘Er komen steeds meer cliënten die een mentor nodig hebben. Als Stichting Mentorschap moet je je goed in deze markt positioneren. Dan kan de Stichting groeien. Niet omdat groeien een doel op zich is, maar omdat we de mensen die het nodig hebben een mentor gunnen. We moeten in ons aanbod goed duidelijk maken dat we geen hulpverleners zijn, maar naast iemand staan. We hebben niet de rol om iemand te verbeteren, te veranderen of te verzorgen, maar om te kijken waar iemands kracht zit. Hoe komt dat tot zijn recht en welke belemmeringen moeten we daarvoor wegnemen. Ondersteuning van de zelfregie van de cliënt is iets waar mentoren langjarig de focus op leggen. Dat is hun kracht. Je moet als mentor de openheid van geest houden om in dit opzicht voortdurend kritisch naar je eigen gedrag en functioneren te kijken en daar met anderen over te reflecteren. Dan word je steeds beter in wat je doet.’

Hoe de hazen lopen
‘Ik denk dat ik inhoudelijke deskundigheid en ervaring meebreng op relevante onderwerpen voor het mentorschap. Ook heb ik vanuit Movisie en de VNG een groot netwerk binnen de gemeenten. En ik weet hoe de hazen lopen binnen de gemeenten. Daarnaast vind ik dat je relevant moet zijn vanuit wie je bent en vanuit de inhoud. Van daaruit moet je de discussie over geld voeren. Ik denk dat ik daar een goede bijdrage in kan leveren.’